De afgelopen decennia is de wereldbevolking exponentieel gegroeid. Sinds halverwege de jaren 60 is de wereldbevolking verdubbeld, van 3,5 miljard tot ruim 7 miljard mensen vandaag. De verwachting is dat er rond 2100 zo’n 11 miljard mensen op de wereld wonen.
Al deze mensen voorzien van goed voedsel is uitdaging en die uitdaging wordt alleen maar groter, zeker wanneer we beseffen dat op dit moment zo’n 9% van de wereldbevolking (690 miljoen mensen) al honger lijdt.
Om de exponentiële groei van de bevolking te ondersteunen is tussen 1960 en 2000 de wereldwijde productie van granen verdubbeld, een periode die ook wel de ‘groene revolutie’ genoemd wordt. Die industriële productie van gewassen is echter sterk afhankelijk van de productie van (kunst)meststoffen die bijdragen aan het klimaatprobleem en lokale verstoring van de biodiversiteit. Met de groene revolutie is stikstofbemesting met een factor 7 toegenomen. Alle stikstof die in de natuur terecht komt zorgt ervoor dat plantensoorten die van een voedingsrijke omgeving houden harder gaan groeien, waardoor meren en hele zeeën met algen overgroeid raken en het bos vol komt te staan met bramen en brandnetels. Dit gaat ten koste van de andere soorten en de biodiversiteit.
Onze voedselvoorziening is sterk geglobaliseerd. De productie van vlees, eieren, melk(poeder), groenten en fruit wordt mogelijk gemaakt door massale import van grondstoffen. Varkens-, pluimvee- en melkveehouderijen zijn sterk afhankelijk van veevoer (soja) uit Amerika, en de glastuinbouw is afhankelijk van minerale meststoffen uit Azië. Garnalen worden in de Noordzee geoogst, 5500 km verscheept naar Marokko om gepeld te worden en weer in Nederlandse supermarkt te belanden. Nederland (41.543 km²) is de op twee na grootse exporteur van landbouwproducten ter wereld, na de Verenigde Staten (9.826.675 km²).
Deze globalisering maakt ons kwetsbaar. Een droogte in Brazilië, politieke spanningen in het Midden Oosten, een wispelturige politiek leider in de Verenigde staten of een pandemie: ze hebben directe invloed op wat de pot thuis schaft. Deze globale ketens, de milieueffecten en de risico’s voor voedselzekerheid zijn echter onzichtbaar voor de gewone burger. Melk komt immers uit de supermarkt, toch?
De grote opgave is om onze voedselvoorziening minder afhankelijk te maken van meststoffen en globale ketens en tegelijk ook nòg efficiënter te maken.